-
-
-
-
-
-
-
-
-
Slaat terug op het realisme van de 19e eeuw, maar dus hyper: supergedetailleerd, werkelijkheid tot in de puntjes. Het lijkt net echt. Sculpturen: vaak uitvergroot en als levende mensen. Schilderijen: vaak reflecties, lijkt net een foto maar is wél geschilderd.
-
het idee achter het kunstwerk belangrijker dan het kunstwerk zelf. Een kunstenaar kan dus zijn concept delen met vijv. een museum, en de museummedewerkers maken het vervolgens 'af'. Tekst is een belangrijk kenmerk. Doel van de kunstenaar is om publiek zich dingen af te laten vragen. Vaak ook reagerend op de maatschappij: engagement.
-
-
-
-
-
-
Omgevingssculptuur waar je je als bezoeker helemaal in kunt onderdompelen. Je word onderdeel van het kunstwerk, het heeft een bepaalde interactie. Denk aan het zwembad in museum voorlinde.
-
Happening: toevallige gebeurtenis als kunstwerk, tijdelijk, ''je moet er maar toevallig bijzijn''.
Performance: van tevoren bedacht, vaak is de uitkomst ook redelijk bedacht, maar kan veranderen bijv. door de toeschouwer. Marina Abramovic.
Bodyart: het lichaam van de kunstenaar centraal. Grenzen opzoeken. Lichaam als doek.
Al deze types kunst worden vaak opgenomen, en kun je dan toch later de video van terugzien. -
-
-
-
-
-
-
-