-
God schept de wereld uit het niets in zes dagen. Hij maakt op de zesde dag een man en een vrouw.
-
God zendt een vloedgolf over de wereld. Hij redt alleen Noach, zijn familie en de dieren in de ark.
-
De joodse godsdienst begint met de geboorte van de familie van Abraham, zijn zoon Isaak en kleinzoon Jakob.
-
Jozef wordt onderkoning in Egypte.
Vanaf 1429 zijn de Israëlieten slaven in Egypte -
Mozes leidt het volk van de Israëlieten uit Egypte.
God geeft de Tien Geboden. De Israëlieten maken het gouden kalf en aanbidden dit als hun god. Voor straf moeten ze 40 jaar door de woestijn trekken. -
De Israëlieten zwerven door de woestijn. Mozes sterft en zijn zoon Jozua wordt de nieuwe leider.
-
De joden nemen onder leiding van Jozua heel Israël in.
-
God geeft de joodse koning Salomo toestemming om een tempel te bouwen.
827 voor Christus:
De eerste tempel is klaar. Koning Salomo wijdt hem in met grote feesten. -
De joden keren terug uit de Babylonische ballingschap. De tweede tempel wordt gebouwd.
-
De Romeinen bezetten Israël en willen dat het joodse volk Romeinse goden vereert.
-
De Romeinse keizer Titius laat de tweede tempel verwoesten. Er zijn vreselijke gevechten waarbij 1 miljoen joden sterven.
134 na Christus:
De Romeinen verwoesten grote delen van Israël. Veel joden worden slaaf, andere joden vluchten. -
De talmoed wordt voltooid. Dit is het joodse geschrift waarin alle wetten en voorschriften uit de Tora worden uitgelegd.
-
1096 tot 1271 na Christus:
De paus stuurt de kruisvaarders naar Jeruzalem om de stad op de moslims te heroveren. Onderweg vermoorden ze vele joden. 1290 tot 1496 na Christus:
In Europa worden veel joden vervolgd en gedood omdat ze geen christen willen worden. 1481 tot 1492 na Christus:
De Spaanse inquisitie geeft de joden de keuze tussen het christendom of de dood. 1648 na Christus:
De kozakken vermoorden in Polen en Rusland vele duizenden joden. -
Joden worden verboden in Engeland