-
De eerste mensen worden Nomaden genoemd. De nomaden leefden van jagen, voedsel en verzamelen in de natuur. Dit was de tijd van jagers en boeren en duurde tot 3000 v.C.
-
In de grot van Lascaux werden schilderingen aan de muur ontdekt (wandschildering). Dierenfiguren werden uitgebeeld aan de muur. Onderzoekers vonden schilder werktuigen en geschilderde, ingekraste afbeeldingen van 17.000 jaar oud.
De cro-magnonmensen leefden in die tijd in Europa en lieten hun sporen in de grot achter. -
De oorzaak was een verandering in het klimaat, waarbij de temperatuur op aarde steeg. Als vervolg smolt het ijs tot er geen ijs meer was.
-
Al voor 11.000 v.C. werd in Amerika en Oost-Azië de 1ste wolf getamd in een hond. Ze konden de hond goed gebruiken voor de jacht.
-
De landbouw is ontstaan uit het Midden- Oosten en daaruit verspreidden de mensen de landbouw. De akkerbouw en veeteelt is ontstaan. Geleidelijk leerden de mensen steeds meer gewassen te verbouwen en vee te houden. Door de landbouw ontstonden nieuwe technieken en werktuigen en hierdoor werden de oogsten steeds groter en nam in landbouwgebieden de bevolking sterk toe.
-
In het Midden-Oosten werd het rund gedomesticeerd (verandert). Later ging het gebeuren bij de ezel in Egypte, het paard in Oekraïne, de waterbuffel in Zuidoost-Azië, de dromedaris en de kameel in het Midden-Oosten en in Amerika de lama’s, kalkoenen en cavia’s. Jammer lukte de mensen niet om in het zuiden van de Sahara te domesticeren.
-
In Zuid - Algerije werd in een grot veeteelt bij ronde hutten geschilderd.
-
De eerste boeren stichtten hun dorpen op de vruchtbare grond in Zuid-Limburg. 2000 jaar later was in Nederland een landbouwsamenleving ontstaan.
-
Na de ijstijd kwamen de jager - verzamelaars. Ze leefden van jagen, vissen en voedsel verzamelen. Ze woonden niet op een vaste plek, ze trokken rond als Nomaden.
De prehistorische jager - verzamelaars hebben sporen achtergelaten, zoals werktuigen. -
In 1978 werd in Egypte een huis opgegraven met een werkplaats van 4 bij 3,5 meter. In het huis had rond 3.600 v.C. een pottenbakker gewoond, die kookpotten maakte voor klanten uit de buurt.
-
De eerste boeren hebben sporen achtergelaten van dat ze hunebedden bouwden in Noord- Nederland Ze maakten de hunebedden van stenen en was bedekt met wat zand. De overledenen werden erin gelegd en ze kregen, eten, drinken, werktuigen en sieraden mee.
-
In Egypte ontstond een hoogontwikkelde (erg ontwikkelde) cultuur in een samenleving ontstaan. Een groot gebied langs de Nijl kwam onder het bestuur van een machtige vorst (het hoofd van een rijk).
-
Aan de Nijl vormden de gebieden in één staat onder leiding van een goddelijke koning (de Farao).
-
Koning Narmer veroverde de heerser van Boven - Egypte en Beneden - Egypte. Egypte werd hierdoor één land onder één koning. Het was daarmee de eerste grote staat (politiek systeem) in de wereld met een centraal bestuur.
-
In Egypte werd het hiërogliefenschrift uitgevonden. Hiërogliefenschrift is afgeleid van het Griekse woord voor 'heilige inkervingen', omdat de tekens in het begin in steen werden uitgeschreven. Dit schrift bestond uit honderden kleine tekeningen met een bepaalde betekenis.
-
Nomaden gingen via de woestijn de Egyptische voorraadschuren plunderen. Farao Pepi 1 reactie was in het oud - Egyptische tekst: 'Toen zijne majesteit optrad tegen de zandbewoners uit het oosten, richtte zijne majesteit een leger op van vele tienduizenden uit heel Egypte. Het land van de zandbewoners werd verwoest door het leger. Later bleef er niks meer over van het land.
-
Wat belangrijk was bij het bouwen van een piramide is meetkunde. Op het papyrusblad staat een wiskundige berekening van de hoeken en oppervlak van een piramide. Voor de bouwkunst vonden Egyptenaren hulpmiddelen, bijv. de tekendriehoek en het waterpas.
-
Farao Toetanchamon volgde zijn vader op toen hij negen was. 10 jaar lang was hij Farao. Zijn echt naam is eigenlijk Toetanchaton, vernoemd naar de Egyptische god Aton. Hij stierf op zijn 19de.
-
In de hoofdstad Jeruzalem bouwde Salomo een tempel. Later ging hij niet meer regeren en viel zijn koninkrijk uit elkaar in meerdere koninkrijken.
-
Babyloniërs veroverde het gebied waar Salomo regeerde eerst. Eerst verwoestte ze de joodse tempel, daarna namen ze de joden als slaven naar Babylon.