-
De jagers-verzamelaars waren de eerste mensen die er op de aarde leefden. Hun middelen van bestaan waren: jagen, vissen en verzamelen. En ze trokken rond en hadden dus geen vaste woonplaats.
-
Deze grotschilderingen zijn gemaakt door jagers en verzamelaars die leefden rond 15000 v.C . Op de schilderingen zijn dieren zichtbaar zoals: paarden, stieren en herten. Dit was een van de bronnen die archeologen vertelden dat er in die tijd ook al dieren leefden.
-
Na meer dan 100.000 jaar eindigde de laatste ijstijd rond 11.500 v.C.. Het klimaat veranderde en het werd warmer op de aarde, doordat de temperatuur steeg veranderde ook de planten en dieren.
-
Mensen hadden als eerste huisdier een hond. De hond was een handig huisdier omdat hij de jager-verzamelaar kon helpen bij het jagen. Al voor 11000 v.C. werden in Amerika en Oost-Azie wolven getemd als honden.
-
Rond 10.000 v.C. werd in het Midden-Oosten de landbouw uitgevonden. Ze ontdekten dat als je een klein gedeelte van gewassen weer terug in de grond stopten dat er dan opnieuw dezelfde gewassen groeiden. Ook gingen ze voedselvoorraden maken voor de winter. Deze manier van leven was makkelijker dan die van jager-verzamelaars.
-
Op diverse plaatsen op de wereld ontstonden akkerbouw en veeteelt waardoor landbouwsamenlevingen ontstonden. Dit gebeurde rond 8500 v.C. als eerste in de vruchtbare halvemaan in het Midden-Oosten.
-
Vanaf 6000 v.C. werd het rund gedomesticeerd. Domesticatie betekent het tam maken en in gevangenschap fokken van dieren. Later gebeurde dat met de ezel in Egypte, het paard in Oekraïne, de waterbuffel in Zuidoost-Azie en de dromedaris en de kameel in het Midden-oosten
-
Rond 5000 v.C. ontstonden de eerste boeren in Nederland.
Deze boeren leefden in Zuid-Limburg in dorpen op de vruchtbare grond. Pas 2000 jaar later was in heel Nederland een landbouwsamenleving ontstaan. -
In het huidige Drenthe woonde 4500 jaar geleden een boerenvolk dat in dorpen leefde. Ze bouwden huizen van hout. Van deze huizen hebben we niets teruggevonden. Wél hebben we andere bouwwerken van hen gevonden: hunebedden, deze gebruikten ze als grafkamers. 'Hunebed' komt van het woord 'huin'. Dat betekende reus in de taal van die tijd.
-
Een natuurgodsdienst of natuurreligie is een religie die vooral op natuurverschijnselen, zoals donder en bliksem, regen, wind en vuur is gebaseerd en die de krachten van de natuur aanbidt. De boeren vereerden veel goden en geloofden dat er achter ieder natuurverschijnsel een god zat.
-
Omstreeks 3000 v.C. veroverde koning Narmer, de heerser van Boven-Egypte, Beneden-Egypte. Egypte werd hierdoor een land wat door een koning werd bestuurd.
-
Het hiërogliefenschrift bestond uit honderden kleine tekeningen met een bepaalde betekenis. Het woord hiërogliefen is afgeleid van het Griekse woord voor 'heilige inkervingen'.
-
Vanaf 2650 v.C. lieten de farao's piramides bouwen om in begraven te worden. De Trappiramide die in opdracht van farao Djoser werd gebouwd in Sakkara was de eerste piramide.
-
De grootste piramide werd gebouwd op de vlakte van Gizeh in opdracht van de farao Cheops.
-
In het Middenrijk werden begrafenisgewoonten verspreid van de koningen naar de overige klassen. In die tijd gebruikten ze 2 kisten om de mummies extra te beschermen tegen grafrovers en dieren.
-
Rond 1500 v.C. kwam farao Toetmozes I aan de macht. Met zijn beroepsleger veroverde hij veel land buiten Egypte. De veroveringen zorgden voor grote rijkdom voor het Egyptische rijk.
-
In 1353 word Amenhotep IV farao. Van hem mochten de Egyptenaren maar een god aanbidden, namelijk de zonnegod Aton. De farao veranderde zijn naam in Achnaton, wat betekent 'hij die Aton werkelijk dient'. Tempels voor andere goden werden gesloten en hun namen en plaatjes werden weg gekrast.
-
Toetanchamon was een Egyptische farao die regeerde van 1336 tot 1326 v.C. Hij is zo beroemd geworden omdat hij een van de weinige farao's is waarvan het graf niet weg geroofd is door de grafrovers in die tijd. Hij volgde op 9 jarige leeftijd zijn vader op als farao en werd 10 jaar later door zijn opa Eje vermoord omdat die de troon wilde hebben.
-
Ramses II regeerde van 1304 tot 1237 v.C. Hij was bekend door zijn veldtochten en grote bouwprojecten. Tot zijn vele bouwwerken behoorden het grafcomplex in Thebe op de woestijnoever van de Nijl, en de tempel van Aboe Simbel
-
In 525 v.C. veroveren de Perzen Egypte, deze overheersing houd stand tot 334 v.C.