-
De Nederlanders zijn niet gecharmeerd van Filips. Zelf bezoekt hij de Nederlanden nooit. Hij heeft echter veel invloed via gezagsdragers. Op sommige politieke punten is hij een stuk radicaler dan zijn vader.
-
In eerste instantie had Filips II wel vertrouwen in de edelman Van Oranje, maar toen die laatste de lutherse Anna van Saksen huwelijkte, viel hij in ongenade bij Filips.
-
Vernieling van heiligenbeelden en andere objecten van katholieke religieuze plaatsen door protestanten in de Lage Landen.
-
Dit verzoekschrift, ondersteund door meer dan 200 edelen, wordt aangeboden aan landvoogdes Margaretha van Parma. De edelen smeken haar de christenvervolgingen te verminderen.
-
De hertog van Alva, de nieuwe landvoogd, stelt deze raad in. Ze had als doel degenen die hadden geparticipeerd in de Beeldenstorm en de daarop volgende opstand, op te pakken.
-
Volgens velen het officiële begin van de Tachtigjarige Oorlog. De graven Lodewijk en Adolf van Nassau (familie van Willem) veroveren een deel van Groningen op de Spanjaarden.
-
Met hulp van de (water)geuzen weten de opstandelingen een paar steden te veroveren, waaronder Den Briel. Een kleine overwinning, maar ze bracht enorm veel energie en hoop.
-
Filips' legers rukken op uit het zuiden en nemen verscheidene steden in bezit, waaronder Leiden. De Leidenaren verzetten zich echter met man en macht.
-
Het gaat erg slecht met de Spaanse economie; de staatskas is zo goed als leeg. Hierom kan Spanje zijn huursoldaten geen soldij meer geven. De soldaten slaan aan het muiten en plunderen Antwerpen met veel geweld.
-
Zeventien opstandige gewesten tekenen deze pacificatie. Hiermee bepalen zij dat de Spaanse troepen de Lage Landen moeten verlaten.
-
Verschillende (voornamelijk zuidelijke) gewesten tekenen dit verdrag, waarmee ze zich verzoenen met Filips II en diens nieuwe landvoogd, de hertog van Parma.
-
Dit verdrag legt de basis voor een samenwerking tussen de (noordelijke) opstandige gewesten. Het verdrag werd getekend als reactie op de Spaanse vijandigheid vanuit het zuiden.
-
Met dit document nemen de (noordelijke) opstandige gewesten afstand van koning Filips II.
-
Balthasar Gerards brengt Willem van Oranje met drie kogels om het leven. Gerards was het niet eens met de steun die Van Oranje aan protestanten bood.
-
De Antwerpenaren geven zich na een bezetting van veertien maanden over aan Filips II. Hij neemt de Antwerpse macht over. Hierdoor vertrekken veel handelen uit Antwerpen naar Amsterdam, wat de nieuwe handelsstad zal worden.
-
Het plan van de Spanjaarden om met de Armada Engeland te veroveren loopt volledig in de soep. De Engelse verslagen het schip bij de Slag van Grevelingen.
-
De opstandelingen besluiten dat hun nieuwe staat (de Nederlanden) een republiek moet worden. De zoektocht naar een vorst stopt. De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden is een feit. Maurits wordt stadhouder.
-
De Nederlanders en de Spanjaarden besluiten gezamenlijk elkaar de komende jaren met rust te laten. Het leidt echter wel tot onenigheid in de Republiek, vooral tussen raadpensionaris Van Oldenbarnevelt en stadhouder Maurits (laatstgenoemde wil doorvechten, eerstgenoemde is tevreden met de wapenstilstand). Uiteindelijk moet Van Oldenbarneveldt het met de dood bekopen.
-
Na jaren van onderhandelen tekenen Spanje en de Republiek vrede. Hiermee maken zij een einde aan de Tachtigjarige Oorlog.